Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen
Vrouwen van Nu
Omstreeks 1928 werd de noodzaak gevoeld de vrouwen van het platteland te verenigen in een eigen organisatie.Met steun van het huishoudonderwijs, agrarische organisaties, de nationale en internationale vrouwenbeweging werd de vereniging op 14 oktober 1930 opgericht. Haar naam was: Bond van Boerinnen en andere Plattelandsvrouwen.In 1946 werd de naam veranderd in Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen.
Sinds enige jaren is de naam NBvP Vrouwen van Nu.
Men vond Plattelandsvrouwen een beetje oubollig klinken maar na een enquete onder de leden bleek dat Plattelandsvrouwen moest blijven en toen is er een moderne draai aan gegeven en is het NBvP Vrouwen van Nu geworden.
Het is de grootste vrouwenorganisatie in ons land met 48.500 actieve leden in 548 afdelingen. Een actieve vereniging voor vrouwen met een hart voor de leefomgeving.
Er worden verschillende activiteiten georganiseerd op cultureel, sportief, literair gebied en handwerken .Reizen in binnen- en buitenland zijn erg gewild. Het hoofdkantoor zetelt in Den Haag. Elke provincie heeft een bestuur. Er is een eigen magazine “Vrouwen van Nu”met een oplage van 50.000 en verschijnt 6 keer per jaar. Elke provincie vermeldt haar eigen activiteiten. Verder staan er algemene items in die via het hoofdbestuur komen. Het logo van de club is gebaseerd op korenaren en bloemen en het staat voor optimisme en vrolijkheid, het is in 1970 ontworpen dan is er nog de website:www.nbvp.nl
De afdeling Almelo werd in 1946 opgericht. 10 Keer per jaar is er een bijeenkomst voor ontspanning, voorlichting e.d. Praktische oriëntatie is mogelijk d.m.v. excursies.
Er zijn verschillende commissies: agrarisch, excursie, fiets en plakboek. Verder is er een leeskring en een quiltgroep.
De afdeling telt ongeveer 110 leden. Door de verstedelijking van het platteland is het aantal “echte”agrarische vrouwen sterk verminderd. Maar iedereen is welkom , naar een kerkelijke achtergrond wordt niet gekeken.
De afdelingen van de omliggende gemeenten werken vaak samen hierdoor kunnen duurdere projecten worden gerealiseerd. De Bond heeft een uitwisseling gehad met plattelandsvrouwen uit Benin, nog steeds worden ze ondersteund met microkredieten. In Almelo zijn in april 1997 vier vrouwen geweest en één van onze leden is op tegenbezoek geweest in Benin.
Ontmoeting met allochtone vrouwen.
Sinds 2007 ontmoet onze afdeling allochtone vrouwen. De dames komen uit diverse landen als Indonesië , Madagascar,Engeland, Azerbeidjan. Ze hadden in hun thuisland een goede baan zoals architect,lerares en zakenvrouw. Dit keer zijn we met hen het platteland gaan verkennen. We spraken af dat we samen naar een boerderij zouden gaan. Deze hebben we uitgebreid bekeken en de dames hadden veel vragen wat het allemaal erg interessant maakte.
De afdeling Almelo is te bezoeken via de website: www. nbvp.almelo
Mijn onvergetelijke reis naar Benin (West Afrika)
1996 Project : Ervaring als Basis (16 daagse uitwisseling tussen de Fitila groep uit Benin en de NBvP vrouwen uit Nederland)
De Nederlandse regering heeft duurzame- ontwikkelingsverdragen afgesloten met Bhutan, Costa Rica en Benin. Doel is met hen een ontwikkelingsrelatie op te bouwen die gebaseerd is op wederkerigheid, gelijkwaardigheid en participatie. Daarbij staat onder meer ook direct contact tussen gewone mensen voorop. De Stichting Ecoöperation financiert het uitwisselingsproject van de NBvP, waarin de vrouwen zich eveneens op basis van gelijkwaardigheid en wederkerigheid in elkaars leven en werken gaan inleven.
1996: In Nederland begon het allemaal met een advertentie van de NBvP in Plattelandsvrouw Magazine. Hierin riep de bond vrouwen op om te solliciteren voor deelname aan het uitwisselingsproject met Benin .
Benin ligt in West-Afrika tussen Nigeria en Togo en grenst aan de Atlantische Oceaan. Het overgrote deel van de Beninese bevolking woont op het platteland. Benin behoort tot de minst ontwikkelde landen en veel inwoners leven in grote armoede.
Uit 40 reacties werden 3 vrouwen gekozen. Criteria waren , dat de vrouwen belangstelling moesten hebben voor duurzame ontwikkeling, ontwikkelingssamenwerking en emancipatie. Ze moeten bovendien een werkgroep formeren en naderhand lezingen houden.
In november 1996 was ik 1 van de 3 Nederlandse vrouwen die de spits af mochten bijten. Jeanne v.Bettenhausen begeleide ons vanuit de NBvP. We hebben meegedraaid in het dagelijks leven in de dorpen, op de erven en op de boerderijen.
We gingen naar de regio Kandi. Deze is ongeveer zo groot als de provincie Friesland. Alleen al in Kandi worden 7 verschillende lokale talen gesproken. Veel jongeren spreken Frans, maar de ouderen niet. Het is een landbouwgebied.
Na 2 dagen in Cotonou gaan we met de trein naar Kandi. Heel bijzonder is zo’n dag met de trein. Het is een heerlijke bende, mudvol, geen kip kan erbij, laat staan een gezette Hollandaise en toch lukt het. De mensen in Benin maken makkelijk contact. Iedereen praat met elkaar, het lijkt wel of iedereen elkaar kent. In Kandi aangekomen zien we vrouwen onder een boom staan, die ons luid zingend verwelkomen. Ze waarderen het dat de Nederlandse vrouwen op de afgesproken dag en het afgesproken uur zijn aangekomen.
Volgens Beninese gewoonte begint ieder bezoek met een bezoek aan traditionele leiders. Zoals “de koning”, het dorpshoofd en de imam. Ze vinden het een eer dat we zijn gekomen.
De eerste nacht slapen we in het huis van de burgemeester. Het is eigenlijk een hut met golfplaten als dak en er is één vertrek waar een twijfelaar in staat en wat spijkers aan de kant waar enkele kledingstukken aan hangen. Verder is er een kleine afgescheiden ruimte waar je op de grond kunt zitten om te eten. Er is geen stromend water en geen elektriciteit. In een nabijgelegen hut slapen de vrouwen met de kinderen. Volgens de islamitische godsdienst mag een man meerdere vrouwen hebben. Als een man met meerdere vrouwen trouwt en meerdere kinderen krijgt, heeft hij meer aanzien. De verschillende vrouwen leven in verschillende ruimten. Een “rijke” man heeft 4 vrouwen. De 3 jongste vrouwen gaan mee naar het veld. De man kiest met welke vrouw hij slaapt.
Jeanne v. Bettenhaussen en ik mogen in zijn bed slapen. Van slapen komt niet zo veel. De matras is zo zacht dat we constant naar elkaar toe rollen. Midden in de nacht heb ik sanitaire problemen. Dit betekent dat ik naar buiten moet. Het is aarde donker en ik maak Jeanne wakker. Samen lopen we naar buiten en ik neem plaats achter een bosje. De vrouwen hebben ons echter gehoord en brengen ons weer naar onze hut.
In de dagen die volgden gingen we steeds naar een ander dorp (9 dorpen deden mee aan de uitwisseling). De vrouwen hebben na de eerste dag dat ze ons zagen, ’s nachts speciale pagnes (kleding) voor ons gemaakt en in ieder dorp kregen we dezelfde kleding aan als de vrouwen van het dorp. Volgens de vrouwen hier is het dragen van dezelfde jurk een teken van solidariteit. Het laat zien dat we allemaal gelijk zijn. We werden in elk dorp steeds weer hartelijk verwelkomt en over en weer werden vragen gesteld over bijv. waarom wij gemiddeld maar 2 kinderen hebben in Nederland, dit is daar een teken van armoede en waarom “stoppen” wij oude mensen in een bejaardentehuis?
Bij ziekte in Benin , zorgt de buurvrouw /buurman voor de zieke, tot deze weer beter is. Bij ziekte kan men naar een medicijnman gaan. Deze werkt met natuurlijke kruiden. Kokend in een pot boven een vuurtje. Tijdens een wandeling in het dorp zagen we een vrouw die een been gebroken had bij het leren fietsen. Haar been werd door de medicijnman gespalkt met bamboestokken. Bij ons bezoek aan een ziekenhuis zagen we families die aan het koken waren op een houtvuurtje dicht bij de ingang van het ziekenhuis. De mensen krijgen geen eten van het ziekenhuis. De apotheek van het ziekenhuis bestond uit een paar planken met medicijnen. We namen een kijkje in de O.K., sterilisatiekamer en ziekenzalen. Ook zagen we een pasgeboren baby; zo blank als bij ons. Ze kleurt donker in de dagen erna. Tijdens de bevalling zat haar man met vrienden te proosten op de goede afloop! Op de markten zag je medicijnen (antibiotica) liggen dat tegen alle ziektes werd verkocht. Ze lagen te bakken in de zon en waren afkomstig uit het westen.
Bij ons bezoek aan een school zien we buiten de kinderen al staan. Netjes 2 aan 2 in de rij tot de schoolbel gaat . Er zitten bijna geen meisjes op school. Zij moeten moeder helpen en zijn nodig op het land, waar de grond nog met een z.g. hakbijl wordt bewerkt. In de klas zitten 150 kinderen. (40 meisjes en 110 jongens) Als wij binnenkomen gaan ze allemaal staan en zingen een welkomstlied. Het lesmateriaal is zeer beperkt. We zien er geen boeken en schriften. Het leren tellen doen ze met behulp van stokjes en flessendopjes of steentjes. De regering werkt er nu aan meer meisjes op school te krijgen en voor hen is het onderwijs gratis.
Ook bezochten we een coöperatieve bank en een vrouwenbank. Bij de bank is er weinig privacy. De mensen worden toegelaten in één ruimte; waar iedereen van elkaar kan horen wat er gezegd wordt . Omdat weinig vrouwen kunnen lezen en schrijven wordt het bezit bij de vrouwenbank aangegeven door tekeningen. Bijv. 2 varkens, etc. Bij de coöperatieve bank hadden ze één computer. Omdat er weinig tijd was voor ons toen wij er waren, werd er een afspraak gemaakt op de zondagmiddag. Er kwamen gaandeweg het gesprek steeds meer mensen van de bank aanschuiven.
Toen het tijd was voor de terugreis boden onze gastgevers ons ieder een levende kip aan om mee te nemen. Van het weinige dat ze hebben; wilden ze nog delen! Ook werd ons een kind aangeboden. Het zou een beter leven krijgen in Nederland dan in Benin. We hebben duidelijk gemaakt dat dit niet kon. Ik herinner me de blijheid van de mensen. Tijdens een vergadering of rondleiding werd er altijd spontaan even gezongen en in de handen geklapt.
In april 1997 hebben de Fitila vrouwen een bezoek gebracht aan ons land. Ze werden ondergebracht bij ons en bij de fam.Huiskes en in Dronten en Groningen. De leden van de werkgroep hebben meegeholpen bij de invulling van het bezoek. We hebben o.a. een bezoek gebracht aan de kaasboerderij Holsbrink , de markt , Bejaardentehuis en Preston Palace. Bij het zien van een tweeling op de markt, pakte onze gast spontaan een baby uit de kinderwagen! De moeder schrok erg en pakte de baby gelijk terug! Wij hebben uitgelegd dat dit in Benin heel gewoon is! Het lopen met een hond aan een riem vonden de vrouwen erg vreemd! In Benin zorgen honden voor het opruimen van menselijke uitwerpselen!. Dat kinderen bij ons een eigen slaapkamer hebben, vonden ze ook raar en een beetje zielig. Vooral een baby laat je toch niet alleen slapen!
De uitwisseling heeft ertoe geleid dat de vrouwen zich voor het eerst regionaal zijn gaan organiseren, met een overkoepelend comité en steun van werkgroepen in de dorpen. Fitila Kandi heeft zich officieel gepresenteerd als vrouwenorganisatie en is daarmee aanspreekpunt voor de regionale en lokale overheden. Ze krijgen nu meer waardering van hun mannen. Voor de uitwisseling geloofden ze niet dat hun vrouwen het voor elkaar zouden krijgen dat blanke vrouwen naar hun toe zouden komen en wel op de dag en het uur dat afgesproken was!!
Voor mij was deze uitwisseling een onuitwisbare ervaring die altijd op mijn netvlies zal blijven zitten. De warmte en het omzien van de mensen naar elkaar toe, de vrolijkheid en blijheid die ze uitstraalden, ondanks hun armoede. Er zit veel waarheid in de opmerking van één van de Beninese vrouwen : In Nederland begint men een zin met “ik” en in Benin beginnen we met “wij” en in Nederland hebben jullie een agenda en wij hebben de tijd !!!
Janny Middelkamp